Etappe 4 Station Zetten/Andelst - Valburg 14,5 km.
Vanaf station Zetten-Andelst pikken we de route weer op richting Herveld. Ook hier weer links en rechts boomkwekerijen die, zo te lezen, eigendom zijn van één bedrijf. Verderop rijden tractors af en aan om de laatste hand te leggen aan het winterklaar maken van de landbouwgronden. Oppassen geblazen! Ze laten grote klodders klei achter waar je lelijk op kunt uitglijden. Fruitbomen staan er kaal en mistroostig bij met zwarte stammen. Gelukkig kunnen we nog een zak appels scoren! Dat hoort er toch wel bij in de Betuwe. Voor bloemen moeten we wachten tot volgend jaar.
Ik heb mooie foto's gezien van de kerk van Herveld met de fraai gesnoeide poort ervoor. We passeren wel een kerk, maar die lijkt er in geen velden of wegen op.
Jammer! Tot mijn verrassing volgt er na 1,5 km. nog een Herveld met de toevoeging Zuid. En ja, hoor, aan het eind van een voetpad doemt de kerk op achter een boog in herfsttooi. Niet alleen in de Tweede Wereldoorlog dreigde het water. In de winter van 1740/1741 braken de dijken en zochten mens en dier hun toevlucht in deze kerk. Drie dagen lang riep klokgelui om hulp.
We lopen om de kerk heen en kijken nog even achterom. Dat levert nog een fraai plaatje op. Het infobord dat hier staat wijst me terecht over mijn veronderstelling dat de fruitteelt om financiële redenen vervangen is door boomkwekerijen. Al vanaf de 16e eeuw is dit gebied de kraamkamer van bos-, park- en laanbomen.
Even de snelweg onderdoor en dan wacht ons weer een Betuwse parel. Over de Grote Allee wandelen we Landgoed Loenen in. Ongeveer op de plek van het huidige jachthuis stond in de Middeleeuwen een kasteel. Het kasteel sprak kennelijk nogal tot de verbeelding. Meerdere legendes doen de ronde. Over ridder Egbert van Loenen die met kasteel en al in de nabijgelegen Zwarte Kolk verdween. En over het spook van tante Claar dat nog steeds over het landgoed ronddwaalt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hier het hoofdkwartier van de Britten gevestigd en stuurde Montgomery de strijd in de Betuwe aan. Op het landgoed, dat nu van Staatsbosbeheer is, vindt groot onderhoud plaats, waardoor we de route moeten aanpassen. Geen probleem: straks ligt alles er weer picobello bij.
We slingeren om de recreatieplas Slijk-Ewijk heen. Genoeg ruimte om te ontspannen en te genieten van strand, natuur en activiteiten. Dat was in december 1944 wel anders. Op het laatste droge plekje in de overstroomde Betuwe zaten 1000 burgers hutje mutje opeengepakt op het "Manneneiland". De spanning was om te snijden.
We stappen stevig door naar Valburg en laten het rondje naar Huis de Mellard even links liggen. Nog net op tijd zijn we bij de kerk om de bus te halen.